Paragraaf F: Grondbeleid

Bij ontwikkelingen (projecten) wordt mogelijk een grondexploitatie opgesteld. Bij de opstelling van een grondexploitatie wordt uitgegaan van op dat moment realistische uitgangspunten en aannames. In het geval de grondexploitatie bij die uitgangspunten en aannames een tekort laat zien wordt voor dat tekort een voorziening getroffen. Het is echter mogelijk dat de uitgangspunten en aannames in de praktijk toch niet de waarheid blijken te zijn. Dit zijn risico's die niet in de voorziening van dat complex (project) zijn opgenomen, maar die wel financiële gevolgen kunnen hebben.

Risico's kunnen worden onderscheiden in kostenrisico’s en opbrengstenrisico’s. Kostenrisico’s zijn met name gelegen in de "productie" van de bouwgrond, zoals onverwachte bodemverontreinigingen of hogere aankoopkosten dan verwacht. Opbrengstenrisico’s zijn risico’s die zijn gelegen in de markt. Daardoor komen inkomsten bijvoorbeeld later binnen waardoor de rentelasten beduidend hoger worden als geraamd, of er komen minder inkomsten binnen.

Gelijktijdig met de actualisatie van de grondexploitatie-complexen wordt er jaarlijks ook een risicoanalyse gemaakt. Op dat moment wordt bezien in hoeverre er nog geld onttrokken of gestort moet worden in de reserve winst grondverkopen (zie ook onderdeel “Financiële positie van het grondbedrijf”).