Actiepunten
- Mobiliteitsplan
Om de gewenste versnelling van de uitvoering van het mobiliteitsplan te bewerkstelligen is het voorstel om hiervoor een tweejaarlijks uitvoeringsprogramma op te stellen. We zien dat de opgave fors is en willen het geld aan de juiste geprioriteerde knelpunten kunnen besteden. Waarbij we de uitvoeringsplanning afstemmen met het onderhoud van de weg en subsidiemogelijkheden. Jaarlijks wordt gekeken naar de mogelijkheden om werk-met-werk te maken en verschillende subsidies te verkrijgen. Het verkrijgen van subsidies is echter geen zekerheid. Om deze flexibiliteit te bewerkstelligen stellen wij voor om in plaats van meerdere gelabelde investeringen één investeringsbedrag op te nemen.
- Scenario 1: Geen investeringskosten:
Er kunnen geen investeringen worden gedaan in het kader van het verbeteren van verkeerssituaties. Dit is een versobering van het huidige beleid. Er is alleen jaarlijks een budget van € 50.000 beschikbaar voor het doorvoeren van kleine aanpassingen (bijvoorbeeld bebording en hekjes) - Scenario 2: Gelijkblijvende kapitaalslasten:
In de NMB 2024-2027 is voor de jaren 2025 tot en met 2027 een totaal investeringskrediet van € 1.340.000 opgenomen (met bijbehorende structurele lasten). In scenario 2 kiezen we ervoor dit investeringsniveau als bestendige basis te hanteren voor de toekomst. Hierbij komen we op een investeringskrediet van € 300.000 per jaar met jaarlijks een minimum budget van € 50.000. In dit scenario krijgen we de ruimte om programmatisch jaarlijks verschillende projecten op te pakken. In lijn met het vigerende mobiliteitsplan ligt de focus op verkeersveiligheid en fietsverbindingen. De daadwerkelijk maatregelen worden vastgelegd in uitvoeringsplan
- Scenario 3: Ambitieuze aanpak verkeersveiligheid (Optioneel):
In dit scenario kiezen we voor een hoger ambitieniveau in het kader van de aanpak van de verkeersonveiligheid en het verbeteren van de bereikbaarheid. Uit het mobiliteitsplan blijkt dat de opgave op het gebied van verkeer en mobiliteit fors is. Daar past een navenant financieel ambitieniveau bij. In dit scenario kunnen we, naast het maken van werk-met-werk en verschillende subsidimogelijkheden grotere stappen maken in het verbeteren van de verkeersveiligheid en bereikbaarheid.
Scenario 1:
- Investeringen voor 2025, 2026, 2027 en 2028: €50.000,-
- Lasten 2025 e.v. €3.750 per jaar (structureel)
Scenario 2:
- Investeringen voor 2025, 2026, 2027 en 2028: €350.000
- Lasten 2025 e.v.: €26.500 per jaar (structureel)
Scenario 3:
- Investeringen voor 2025, 2026, 2027 en 2028: €550.000
- Lasten 2025 e.v.: €41.250 per jaar (structureel)
- Verkeersveiligheidsmaatregelen N36
Samen met de regiopartners en Rijkswaterstaat onderzoeken we de meest kostenefficiënte inzet van de middelen. Ook worden de meekoppelkansen onderzocht. Hierbij wordt ook gekeken naar de aansluiting op de N36 Wierden-Noord - Almelo. Voor 2028 willen we een nog nader te definiëren bijdrage reserveren voor de aanpak van de aansluiting N36 - Wierden-Noord - Almelo.
Lasten 2028: PM (eenmalig)
- Watertakenplan 2026-2029
Het is gewenst om ook voor de komende periode een actueel Watertakenplan te hebben waarin de visie, kernwaarden, strategie, een uitvoeringsprogramma en langjarige financiële doorkijk worden vastgelegd ten aanzien van de gemeentelijke watertaken die we met onze (water)partners en inwoners willen realiseren. Het Watertakenplan 2026-2029 gaat aansluiten bij de Omgevingsvisie en het overige beleid voor de openbare ruimte. Daarnaast gaat het plan voldoen aan de Omgevingswet. Het plan wordt in 2024 opgesteld en wordt voorjaar 2025 ter besluitvorming aan de gemeenteraad aangeboden.
Lasten 2025: € 25.000 (eenmalig)
- Uitvoering Watertakenplan 2020 t/m 2024 in 2025
Gemeenten hebben op grond van de Wet milieubeheer (Wm) een zorgplicht voor de inzameling van stedelijk afvalwater en op grond van de Waterwet een zorgplicht voor hemelwater en grondwater. De manier waarop de gemeente invulling geeft aan deze watertaken heeft zij vastgelegd in het Watertakenplan 2020 t/m 2024 dat door de gemeenteraad is vastgesteld. De uitwerking van het plan is met één jaar verlengd. De laatste investeringsschijf(2024) uit het huidige plan is als basis genomen voor de investering in 2025.
Investering 2025: € 714.700
Lasten 2025 (voor onderzoeken en zorgplichten): € 46.500 (eenmalig)
- Beleidsplan wegen: verbreding Zunaweg
Vanwege de aanleg van de rotonde in de N347 en de afsluiting van de verschillende zijwegen op de N347 concentreert het doorgaande verkeer in Zuna zich op de Zunaweg. Het gedeelte N347-Smeijersdijk van de Zunaweg is smaller dan het resterende gedeelte van de Zunaweg (flessenhalsconstructie). Het gevolg hiervan is dat dit gedeelte van de Zunaweg aanzienlijke schadebeelden vertoont en de bermen stuk worden gereden. Dit leidt tot gevaarlijke situaties. De weg is aan groot onderhoud toe (in stand houden) maar met alleen groot onderhoud kan niet worden volstaan. De Zunaweg, gedeelte N347-Smeijersdijk, moet worden verbreed en worden opgewaardeerd (anders inrichten).
Investering 2025: € 440.000
Lasten 2025 e.v.: € 33.000 (structureel)
- Beleidsplan wegen: Reconstructie Almelosestraat
Uit de resultaten van een onderzoek blijkt dat de Almelosestraat (gedeelte voormalige rijksweg, Almeloseweg-viaduct N36) qua wegenkwaliteit toe is aan een reconstructie om te voldoen aan de gestelde eisen van CROW. Daarnaast komt de verkeersfunctie van deze weg niet overeen met het verkeersbeeld dat hier verwacht mag worden. Vanuit het Mobiliteitsplan Wierden (30 maart 2021) moet dit gedeelte van de Almelosestraat dan ook anders worden ingericht. Bijkomend aspect is dat gemeente Almelo in 2015 de fietssnelweg F35 met aansluiting op dit deel van de Almelosestraat heeft afgerond.
Investering 2026: € 680.000
Lasten 2026 e.v.: € 51.000 (structureel)
- Beleidsplan wegen: Wegkantverbetering
In het buitengebied worden bij diverse wegen passerende voertuigen gedwongen om de berm te gebruiken. Bij slechte weersomstandigheden hebben deze bermen het zwaar te verduren. Dit komt door de schaalvergroting van het landbouwverkeer in combinatie met het uitwijken bij tegenliggers.
Investeringen 2025 en 2026 jaarlijks € 80.000
Lasten 2025 e.v. (per krediet): € 6.000 (structureel)
- Parkeerplaats sportpark Lageveld
Voor het verbeteren van de noordzijde van de parkeerplaats op het sportveld liggen kansen. Dit gedeelte is in 2012 gerealiseerd en is uitgevoerd in puin verharding. Het idee is om met een restantpartij klinkers een verharding aan te brengen. Daarnaast is er geld vanuit de Kwaliteitsimpuls Groene Omgeving (KGO) om bomen aan te brengen. Voor het aanbrengen van de verharding is geld nodig. Het tekort op de bestaande middelen is ruw geschat op ca. € 100.000,-.
Investeringen 2025: € 100.000
Lasten 2025 e.v.: € 7.500 (structureel)
- Beleidsplan Openbare Verlichting: vervangingsopgave Openbare Verlichting
In 2023 is het nieuwe beleidsplan Openbare Verlichting opgesteld en vastgesteld door de gemeenteraad. Het areaal is dermate verouderd dat een investering noodzakelijk. Besloten is tot het vervangen op basis van technische levensduur. Een en ander leidt tot de volgende kosten.
Investeringen 2025: € 562.500
Investeringen 2026: € 267.500
Investeringen 2027: € 267.500
De structurele lasten kunnen binnen het taakveld openbare verlichting worden gedekt.
- Beleidsplan Openbare Verlichting: investering nieuwe Openbare Verlichting
Met een budget voor extra openbare verlichting kan gehoor gegeven worden aan de wensen van de inwoners om de (sociale) veiligheid en leefbaarheid in de openbare ruimte te vergroten. Er kunnen met dit budget jaarlijks 10 lichtmasten worden aangebracht. Besluitvorming heeft plaatsgevonden bij het vaststellen van het Beleidsplan Openbare verlichting.
Investeringen 2025, 2026, 2027, 2028: € 10.000 per jaar
Lasten 2025 e.v.: € 750 (structureel)
- Groenbeleid: Uitvoering visie
Op het moment van opstellen van de nota meerjarenbeleid is er nog geen duidelijkheid over de ambitie om het openbaar groen te vervangen en mogelijk biodivers en klimaatbestendig te maken. Afhankelijk van de uitkomsten willen we in 2025 uitvoering kunnen geven aan het groenbeleid. Om hieraan een start te kunnen geven zijn investeringen nodig om het groen te vervangen.
Investering 2025: € 50.000
Lasten 2025 e.v.: € 3.750 (structureel)
- Beleidsplan bomen (buiten de bebouwde kom)
Het bomenareaal is (deels) aan vervanging toe. De gemeente heeft een groot areaal aan bomen, voornamelijk eiken, langs wegen. Dit levert op termijn knelpunten op. Door de monocultuur aan eiken heeft de eikenprocessierups meer de gelegenheid zich te verspreiden. Daarnaast is de verkeersintensiteit op de wegen waar de bomen staan hoog. Om adequaat en gericht bomen te behouden of te vervangen en het areaal te verjongen is een Bomenbeleidsplan gewenst.
Lasten 2025: € 15.000 (eenmalig)
- Integraal beheer openbare ruimte plan 2026-2030
Het aanpassen integraal beheer openbare ruimte (IBOR-)plan. Om de vier jaar wordt de gemeenteraad gevraagd om de kwaliteitsniveaus voor de openbare ruimte bij te stellen. De kosten voor het beheer worden her-berekend en de consequenties van een kwaliteitskeuzes worden van advies en voorgelegd.
Lasten 2025: € 15.000 (eenmalig)
- Speelplaatsenbeleid: uitvoering vastgesteld beleid scenario 2
Jaarlijks is geld nodig voor het reconstrueren van speelvoorzieningen. Omdat de bestaande locaties niet meer voldoen en de speeltoestellen verouderd zijn moet er geïnvesteerd worden. In lijn met het speelplaatsenbeleidsplan 2023 worden bestaande locaties geschikt gemaakt voor een bredere doelgroep en andere locaties voor een jongere doelgroep.
Investeringen 2025, 2026, 2027, 2028: € 156.000 per jaar
Structurele lasten (na aftrek bestaande ramingen op het taakveld speelplaatsen):
2025: € 17.085
2026: € 31.400
2027: € 45.485
2028: € 59.250
In de financiële vertaling is uitgegaan van scenario 2.
- Speelplaatsenbeleid: uitvoering beleid scenario 3 (optioneel)
Bij de vaststelling van het speelplaatsenbeleidsplan heeft de gemeenteraad gevraagd om optioneel inzichtelijk te brengen wat het kost om de ambitie te verhogen tot uiteindelijk scenario 3. Vanuit subsidiegelden(Brede Spuk GALA) is er ca. € 12.000,- beschikbaar en vanuit KGO (Kwaliteitsimpuls Groene Omgeving) is er (nog) geen geld beschikbaar. Jaarlijks is er € 70.500 per jaar meer investering benodigd voor scenario 3 ten opzichte van scenario 2.
Investeringen 2025, 2026, 2027, 2028: € 226.500 per jaar
Structurele lasten na aftrek bestaande ramingen op het taakveld speelplaatsen:
2025: € 23.700
2026: € 44.630
2027: € 65.330
2028: € 79.095
- Formatie
Ten behoeve van het realiseren van de doelen en het op een adequate wijze uitvoering kunnen geven aan de reguliere taken en werkzaamheden is formatie benodigd. Ondanks de behoefte is kritisch gezocht naar een realistische balans tussen wens en daadwerkelijk uitvraag.
Gevraagd wordt om ten behoeve van programma 5, Aantrekkelijke veilige en functionerende openbare ruimte, de volgende formatie beschikbaar te stellen:
- Civiel ontwerper: 1 fte. In 2023 ingevuld en structureel vanaf 2025
- Medewerker administratie RBR: 1 fte. In 2024 ingevuld tot en met 2025
- Beheerder drukriool: 1 fte. (Dekking in 2025 vanuit de voorziening, met ingang van 2026 onderdeel van de formatie die beschikbaar wordt gesteld middels het vast te stellen Watertakenplan 2026-2029. Dit leidt vanaf 2026 tot een verhoging van de rioolheffing van zo'n € 9 per huishouden per jaar en wordt neutraal opgenomen in de begroting.)
Deze formatievragen worden nader toegelicht in het hoofdstuk ‘Overhead, onvoorzien en vennootschapsbelasting’.